Verschillende wedges voor verschillende slagen en spelerstypen

De bedoeling is dat je een set clubs samenstelt met de juiste afstandscontrole, of ‘gapping’ zoals het ook heet. Deze clubs moeten ook geschikt zijn om met de nodige finesse korte ballen te slaan en ook om ballen uit zandbunkers weg te slaan. Een goede vuistregel is dat de loft van je wedges onderling 4–6 graden verschilt en dat je uitgaat van de loft van je pitching wedge. Als je niet zeker weet welke loft je pitching wedge heeft, neem hem dan mee naar je Golfstore-winkel. Daar kunnen ze je helpen.

Wedges voor volle slagen en volle swings

Vaak gebruik je je pitch wedge maar ook je gapwedge of approach-wedge voor volle slagen. Het kan dus interessant zijn als je met een clubhoofd speelt dat zoveel mogelijk op dat van je ijzerset lijkt. Als met je zeer vergevingsgezinde ijzers speelt, kan de overgang naar een blade-achtige wedge soms behoorlijk tegenvallen en boet je in aan lengte en precisie. In dat geval kun je het best een bij de set passende wedge of een wat meer vergevingsgezinde ‘cavity-back wedge’ overwegen.
De nieuwe Cleveland CBX 4 ZipCore wedge is een uitstekend voorbeeld van een makkelijk speelbaar model dat niettemin eigenschappen gemeen heeft met zijn ‘grote broer’, de RTX6 ZipCore, zoals nauwkeurig gefreesde gleuven en verschillende opties voor loft, grind en bounce.
Ook de Callaway CB Wedges zijn stabiele wedges met een vergevingsgezindheid die niet ten koste gaat van gevoel, speelbaarheid en keuzemogelijkheden. Voor veel golfers is dit een zeer welkome ontwikkeling en steeds meer leveranciers gaan dan ook mee in de trend van grotere keuzemogelijkheden en vergevingsgezindheid bij de wedges.

Andere eisen voor spel dicht bij de green

Als je de green nadert, heb je clubs nodig die aan andere eisen voldoen. Hier gaat het meer om delicate en creatieve slagen met finesse en gevoel. Voor zulke slagen gebruik je een of meer wedges met andere eigenschappen dan wat we traditiegetrouw ‘vergevingsgezind’ noemen. Onder meer de vormgeving, grind, bounce-opties en groeven van het clubblad bepalen of je wedge goed aanvoelt voor de slagen die je wilt vormen. Het hangt af van je persoonlijke voorkeur en je aanvalshoek (steil of vlak) wat je uiteindelijk het best bevalt. In de regel zullen spelers met een steile aanvalshoek baat hebben bij een hoge bounce (aangezien de ‘leading edge’ van de club zich dan niet in de grond boort en vast komt te zitten) en vice versa. Ook de baangesteldheid doet er vaak toe. Op harde compacte linksbanen kom je makkelijker bij de bal met een lage bounce, terwijl je op zachte, poreuze grond beter af bent met een hoge bounce en meer zool.

Sandwedge

Alle golfers hebben een club nodig waarmee ze in een bunker uit de voeten kunnen. Meestal betekent dit een club met vrij brede zool en minstens 10 graden bounce. De brede zool voorkomt dat de club in het zand blijft steken. De club stuitert op de poreuze bodem en schept op die manier met behulp van het zand de bal op uit de bunker. Verder gebruiken veel spelers een sandwedge voor voorzichtige chips rond de green, wat ook iets is om rekening mee te houden wanneer je een nieuwe wedge kiest.

Lobbwedge

Wanneer je over een hindernis heen moet om de green te bereiken, is een lobbwedge vaak onovertroffen. Dit type wedge heeft een loft van 58–64 graden en geen al te hoge bounce-hoek of grind die je parten kan spelen als je met een open clubblad en een swing met lage handpositie de bal wilt laten opwippen. Hier komt ook een clubblad met doorlopende groeven (full-face grooves) goed van pas voor maximale spin, ook als je de bal bij de teen van het blad raakt. Veel amateurs vinden een lobbwedge best moeilijk om mee te spelen. Bedenk dus of dit een club is waar je echt gebruik van zult maken of eentje die alleen maar plaats in je tas inneemt.

Schone groeven voor optimale controle

Een belangrijk element van het clubblad zijn de groeven op het slagvlak. Die voeren vocht af en geven je slagen spin mee. Veeg daarom deze groeven vaak genoeg af, zodat het blad schoon en droog is bij elke nieuwe slag. Zo gaat je wedge ook langer mee. En controleer de groeven van je wedges af en toe, zodat je niet te veel spin en controle kwijtraakt.
De USGA (United States Golf Association) bepaalt hoe diep en hoe scherp groeven mogen zijn. Alleen clubs die aan deze regels voldoen, zijn goedgekeurd voor golfwedstrijden.

Gewone groeven of full-face?

Tegenwoordig brengen verschillende merken wedgemodellen uit met groeven over het hele slagvlak (full-face grooves). De theorie hierachter is dat de wrijving tussen de bal en het slagvlak gelijkmatiger is over het hele oppervlak. Dit kan extra zekerheid bieden als je het liefst met een open clubblad slaat, bijvoorbeeld bij hoge slagen en bunkerslagen, of als je de bal snijdt met je swingbaan en de bal contact laat maken met het teengedeelte van het slagvlak. We merken dat spelers full-face grooves vooral interessant vinden voor sandwedges of lobbwedges, maar in de meeste gevallen zul je niet bij elk van je wedges voor dit type groeven kiezen. Als je niet vertrouwd bent met doorlopende groeven, raden we aan dat je het even probeert en kijkt of het iets voor jou is. Tegenwoordig is de keuze groter dan ooit.

Wil je een set wedges die optimaal is voor je eigen speelstijl in al zijn facetten? In je dichtstbijzijnde Golfstore-winkel krijg je hulp en advies en kun je allerlei modellen uitproberen.